Kort overzicht van de graden 4 tot en met 18 van de 0ude en aangenomen schotse Ritus

Na de dood van Hiram Abiff stelde Koning Salomo 7 Geheime Meesters aan om het heiligdom van de onvoltooide tempel te bewaken; hen werd de plicht van geheim en stilte opgelegd voor de zelfwijding aan de heiligheid van de Goddelijke sfeer.

Het rituaal komt in het kort hierop neer, dat de Kand:, in de rouw-tempel, na een stoffelijke en geestelijke reiniging en zuivering, naar de drempel van het Heilige der Heiligen wordt gebracht, om de onuitsprekelijke Naam en 0ndoorgrondelijke Geest te beleven.

Deze graad is de voorbereiding tot geloofsverdieping, doordat het rituaal de eerste kennis bijbrengt van het esoterische in de wijding, nodig voor het opgaan tot en het zich overgeven aan de Geest van de 0:.B:,d.H:..

Embleem: vijfhoek, met in het midden de Hebreeuwse letter Jod of ook een sleutel met de letter Z (van Zadoc) op de sleutellip, ook wel een lauerkrans met in het midden de letter Z en daarboven het Alziend 00g.

De titel duidt op de volmaaktheid van de tombe en de obelisk, die op last van Salomo ter ere van Hiram Abiffs nagedachtenis zijn opgericht en ook en vooral- zij het bedekt- op de bevinding dat de Meester, na drie dagen in zijn graf gelegen te hebben, weer is opgestaan.

De ziel van de Zoon was dus op de terugweg naar de Vader waardoor de Meester "volmaakt " werd.

De betekenis van de volmaaktheid is ook weergegeven in het embleem van de door de letter Jod gekroonde gepolijste kubieken steen, omgeven door 3 concentrische cirkels (leven, dood, onsterfelflkheid, als de emanaties van de Almacht).

In deze graad wordt de deugd in de meest uitgebreide zin aanbevolen.

Leven in deugd en geloof brengt de kennis der Goddelijke Waarheid in deze wereld en de eeuwige vrede in de komende wereld.

Het mystieke getal is in deze graad 4, waarmee leven, deugd, dood en onsterfelijkheid worden gesymboliseerd.

6e graad, Geheim Secretaris.

De tussen Salomo en Koning Hiram van Tyrus gesloten overeenkomst geeft aanleiding tot een misvatting over de levering van 20 steden door eerstgenoemde als blijk van erkentelijkheid voor de hulp, door laatstgenoemde bij de bouw van de tempel van Jeruzalem verleend, o.m. in het beschikbaar stellen van Hiram Abiff voor dat werk.

In de door de misvatting ontstane gemoedsgesteldheid van koning Hiram, dreigde er een conflict waarin Joabert beschuldigd wordt van een ontoelaatbaar optreden als luistervink.

Door rustig en wfls optreden van Salomo wordt het evenwicht herkregen en een nieuw verbond gesloten, waarbij Joabert zelfs als Geheim Secretaris wordt benoemd.

Embleem:een gelijkzijdige driehoek met de Hebreeuwse letters N (van Neder=belofte), B (van Berith= verbond) en Sch (van Schelemoeth= volmaaktheid, overeenstemming) in de hoeken.

De zedekundige strekking van het rituaal ligt in de volgende begrippen:

0verwin de toornige door uw vriendelijkheid, uw oprechtheid, uw evenwicht en uw zelfbeheersing!

Door belofte en verbond tot overeenstemming, door recht en waarheid tot vrede, door Geloof en Hoop tot Liefde.

7e graad Provoost en Rechter,.

De gebeurtenis waaruit de tendents van het rituaal is voortgevloeid, is de aanwijzing- ter vervanging van Hiram Abiff- van 7 Provoosten en Rechters, om rechttelaten gebeuren onder de tempelwerkers.

De deugd die aanbevolen wordt is : rechtvaardigheid.

De voornaamste les, voortkomend uit het beginsel der Liefde van de mens tot de medemens, ligt in de spreuk : oordeelt niet, opdat gij niet geoordeeld wordt!

De evolutie-gang wordt door de opzet van de allegorie aangegeven in het begrip van de nieuwe stuwing van de arbeid, het herkrijgen van de eensgezindheid waarin de tempelbouw moet worden voortgezet.

Het college der 7 Provoosten en Rechters hield zitting in de Binnenkamer van de tempel; ook dit geeft aanleiding tot de symboliek van de rechtspraak met hoofd en hart, met opvattingen van recht en genade.

Het filosofische element in deze graad is uitgewerkt in het begrip van het eindoordeel Gods naar het Boek des Levens, waarin al het menselijk goed en kwaad wordt opgetekend.

Embleem: een sleutel (van de middenkamer).

Als grondslag van het rituaal is hier genomen de benoeming door koning Salomo van 5 van de bekwaamste broeders tot een college van architecten, begaafden, die het voorbeeld geven van levenskunst door het vervullen van de plichten van liefdadigheid en weldadigheid, o.m. neergelegd in de vermaning uit het boek Leviticus 19:13, 9 en 10 over het gedenken van de dagloner, de arme en de vreemdeling ná het betalen van het werk en het inzamelen van de oogst.

Als het glanspunt van de levenshouding van de mens wordt de liefde voor het leven geleerd, dat de wonderbare schepping Gods wordt genoemd.

Er wordt ook geleerd dat God zelf Liefde is en dat elke liefdadigheid in de mens een deel is van de Goddelijke Natuur.

Dit Liefdebeginsel wordt na de dood van Hiram Abiff uitgedragen door de 5 discipelen, de 5 Architecten- Intendanten van het tempelgebouw.

Embleem: een gelijkzijdige driehoek met de Hebreeuwse letters B (van Ben Kh–r–w= Zoon van de Meester),J (van Jakinai= God, de 0prichter) en A (van Achar= de Andere) in de hoeken.

En daarbij ook :een weegschaal in balans, en daaronder een vijfpuntige ster met- in het midden- drie naast elkaar geplaatste Hebreuwse letters Jod.

Het rituaal geeft een allegorische voorstelling van het vinden van één der moordenaars van Hiram Abiff in een grot, waar één van de door Salomo uitgezonden 9 broeders hem in zijn slaap doodt en daarna onthoofdt.

Zinnebeeldig opgevat sluit deze handeling in zich de vernietiging van slechte gedachten en gevoelens, met de les, om in de vergelding van het bedreven kwaad zelfmatiging te betrachten, die in het algemeen door de Vrijm.°.beoefend moet worden om uitersten te vermijden, in alles de middenweg te volgen en het evenwicht te bewaren in verstand en daad.

Embleem: linkerhand, die een afgekapt wensenhoofd vasthoudt, met daarboven de rechterhand die een dolk vasthoudt.

Deze graad is een vervolg op de 9e graad en berust op de handeling van het zoeken, het vinden en het berechten van de twee andere "boze gezellen", moordenaars van Hiram Abiff.

De moraal is dat eerzucht en dweepzucht als de slechte neigingen van de mensheid altijd overwonnen en vernietigd worden door gerechtigheid en vrijheid.

Gerechtigheid berust hier, zoals de Kand.°. duidelijk wordt gemaakt, op Goddelijke wetten, zoals deze door Mozes opgetekend zijn.

De straf op de genoemde ondeugden geeft aanleiding om het nastreven van de deugden verdraagzaamheid en geduld op de voorgrond te brengen als een heilige zaak in het leven van de Vrflm.°..

Embleem. de drie poorten van Jeruzalem met een spies in top waarin een doodshoofd getekend.

11e graad, Verheven Uitverkoren Meester of Prins Emeth.

Deze graad kan beschouwd worden als de aansluiting bij de 2 vorige graden omdat hij is ingesteld als een beloning van de levenshouding door de beoefening en betrachting van de deugden in de 9e en 10e graad.

Die beloning bestaat in de verheffing van de 12 der 15 Uitverkorenen tot bestuurders en rechters over de 12 stammen van het volk.

Men heeft in de trias van de graden 9, 10 en 11 een climax gelegd, die duidt op het gereedmaken voor een bepaalde uit te dragen taak, de taak van de beschavende, zedelijk en geestelijk voortstuwende orde.

Het grote gewicht van die taak wordt aangegeven door het embleem van een vlammend hart.

Deze graad is de beloning van de 3 vorige graden der Uitverkorenen en zou de Graad van Wijsheid genoemd kunnen worden, de graad voor de arbeid aan de hoogste en schoonste tempelverdieping.

Wat hiervoor nodig is, is de kennis van de geometrie van de hemelen en sferen, de kennis van de verschillende boustukken (religieën); vandaar dat het embleem voor deze graad is: de tekening van 5 pilaren naar verschillende stijlen: Toscaans (blauwe graden), Dorisch (onuitsprekelijke graden 4 t/m 14), Ionisch (l5e en16e graad), Korintisch (17e en 18^e graad) en Gemengde (filosofische en riddergraden 19 t/m 32).

Groot-Meester-Architecten verwerven hun wijsheid in de Middenkamer van de Tempel, de Kamer der Tekeningen, die ook gebruikt werd door Hiram Abiff.

In deze graad wordt voor de Kand.°.een uiteenzetting gegeven van Wijsheid, ook als schakel in de Kabbalistische Sephiroth (tien emanaties van het Absolute); hierdoor wordt een stap verder gezet op de weg van mystiek, en een verheffing bewerkstelligd naar de hogere niveaus van de 0pper-Meester-Architect.

13e graad, Meester van het 9e Gewelf.

Deze vormt met de 14e graad een kleine groep van graden, bekend als de Royal Arch, vormend de bovenbouw van de onuitsprekelijke graden 4 t/m 14.

De mystieke kern van de 13e graad is het verhaal omtrent Henoch, die zich door zijn sterk geloof tijdens zijn leven verenigde met Gods Geest.

Volgens de legende bewaarde hij de 0nuitsprekelijke Naam, gegrift op een gouden delta, in de onderste ruimte van een rij van 9 onderaardse gewelven, op de bovenste waarvan een kleine tempel ter ere Gods werd gebouwd.

De zondvloed vaagde de tempel en alle aanduidingen van de bewaarplaats weg.

Maar de door Salomo gezonden 3 Meesters ontdekten de plek en een van hen daalde af tot in het 9e gewelf, vond daar de Naam en beleefde het Absolute van de Geest.

Het inwijdingsrituaal komt neer op de voorbereiding voor deze diepste bewustwording: eerst de zuivering van lichaam, ziel en geest, en het verkrijgen van de ruimste toestand van ontvankelijkheid door het passeren van de 4 sluiers, de 9 reizen door de 9 gewelven en tenslotte de eenwording met de Geest in het 9e Gewelf.

Embleem:stralende delta (gelijkzijdige driehoek), de punt benedenwaarts gericht met- in het midden- het tetragram J.H.V.H, in Henochiaanse karakters.

14e graad, Groot Uitverkoren en Volmaakt en Verheven Meester.

Deze graad is een direct vervolg op de 13e graad.

De 0nuitsprekelijke Naam, vastgelegd op de delta in het Henochiaanse gewelf, blijkt dezelfde te zijn als die welke in Hebreeuwse karakters gegrift is op de driehoekige gouden plaat, bewaard in het 9e gewelf onder het Heilge der Heiligen van Salomo's Tempel.

Het is dan ook in dat gewelf dat de inwijding plaats heeft, waarna als slot de geschiedenis verhaald wordt betreffende de verwoesting van Salomose Tempel door Nebukadnesar koning van Babel het neerslaan van de Heester Galaäd, die het geheime gewelf en de onuitsprekelijke Naam moest bewaken (overeenkomend met het neerslaan van Hiram Abiff, die het Meesterwoord bewaakte).

Embleem: stralende, gelijkzijdige driehoek met de top naar boven, bevattend het tetragram J.H.V.H, in Hebreeuwse letters.

De beide historische graden staan in nauw verband met de bouw van de 2^e tempel na de verwoesting van Salomo's tempel door Nebukadnezars veldoverste Nebuzaraddan.

Cyrus of Kores, koning van Perzië, geleid door een droom, besluit, om de Hebreeërs die 70 jaren lang in ballingschap in Babylon geleefd hebben, onderdrukt door Nebukadnezar en Belsazar, toe te staan naar hun land terug te keren en onder leiding van Zerubbabel een nieuwe tempel op te richten.

Deze arbeid gaat gepaard met eenstrijd tegen de belemmeringen en moeilijkheden die de Sawaritanen de bouwers in de weg leggen, deze zijn daardoor verplicht het werk te doen met de troffel in de ene hand en het zwaard in de andere hand.

Het deze allegorie wordt het herrijzen van het ondergegane geloof verzinnebeeld.

Voor de zware taak is het nodig, de Ridders van het 0osten en het Zwaard plichten op te leggen (toewijding, moed, wijsheid,geduld en ootmoed).

Bij de opzet van het rituaal is een aansluiting gevonden bij het slot van de laatste van de onuitsprekelijke graden, nl, als Salomo's tempel verwoest is.

Het rituaal geeft de komst van de nieuwe dageraad van het geloof weer en vertolkt de hoop op de bestendiging van de tijd van de vrijheid.

Embleem: drie driehoeken, de ene in de andere, en de binnenste een schild voorstellend, waarop twee gekruiste zwaarden.

Deze graad is een direct vervolg op de l5e graad; de tegenstand, begonnen tijdens het bewind van koning Cyrus, zet zich voort tot tijdens de regering van diens opvolger Darius.

Laatst genoemde werkt krachtdadig wee aan de vernietiging van de tegenstand door een decreet van strenge gerechtigheid.

Tengevolge hiervan kan de bouw van de 2e Tempel zonder moeilijkheden worden voortgezet, resultaat van het nieuwe geloofsverbond: God, Darius en Zerubbabel.

Embleem: ruitfiguur, omvattend de tekening van een weegschaal in balans en een zwaard met 5 sterren rondom de punt en de letters D (Darius) en Z (Zerubbabel).

Het glanspunt van het rituaal is de plechtige bijeenkowst is Darius troonzaal, waarin de koning voor het meest bevredigende antwoord op de vraag: wat is het dat de wachtigste invloed op stervelingen uitoefent een vorstelijke beloning in uitzicht stelt.

Aan deze wedstrijd wordt deelgenowen door de satrapen van Medië en Assyrië en Zerubbabel; deze wijst in bloemrijke taal op de grootste macht van de Waarheid en verwerft daarmee de voldoening van de koning.

Deze graad is een voorbereiding op de 18e graad en vormt samen met deze de kleine groep van filosofische en apocalyptische graden, waarvan de algemene bedoeling is het nieuwe tijdperk van zuivere religie en het nieuwe Woord bekend te waken.

In de 17e graad wordt de 0penbaring van Johannes verwerkt, terwijl de receptie-bijeenkomst wordt geleid door de Meester, die Johannes de Doper verpersoonlijkt.

Deze graad geeft de geschiedenis weer van de overwinning van de sterke overtuiging over de onderdrukking van de zegepraal van Geloof en Hoop.

De religieuze strekking ervan is: de eenheid van Schepper en schepsel te laten ondergaan en te laten koesteren als een kracht of sfeer die het leven voor de komende Tijd bereidt.

Embleem: een zevenhoek en in het midden daarvan de tekening van het Boek der zeven Zegelen met, daarop liggend, de figuur van een lam.

De wijsgerige strekking van deze graad is, dat na het tijdperk waarin de mensheid gekluisterd is door de machten van zonde en dwaling, de geest bevrijd wordt door het nieuwe Woord, dat herleeft en herschept en de innerlijke drang tot aanschouwing van de onveranderlijke Waarheid tot kennis van Goddelijke Waarden leidt naar de hoogste niveaus van het religieuze leven.

Het rituaal kan worden omschreven als een serie reizen om het ware Woord (Liefde) te vinden, een gang door duisternis tot Licht.

De kenmerkende emblemen zijn: een kruis met rode roos, een pelikaan, die zijn 7 jongen voedt en een phoenix.

De symbolisch- religieuze betekenis van de inwijding is gesublimeerd in de naam, die aan de ingewijde wordt gegeven: "herborene".

Het rituaal bedoelt een allegorie te geven van het geestelijk leven van de sterfelijke mens, die het door het kruis aangegeven louterend lijden moet ondergaan, ow door de innerlijke kracht van Geloof, Hoop en Liefde uit de strijd herboren te worden met het Beginsel of het Woord, dat hem verenigt met het Licht.