Maçonnieke encyclopedie-K.
De Maconnieke Encyclopedie zoekt
Een ogenblik !
Kabbalah
Kampen, Hans van
Kardec, Allan
Karma
Katholiek Nederlands Persbureau
Keel, John A.
Kellogg, John Harvey
Kelten
Kemnitz, Mathilde von
Kensington stone
Kervran, C. Louis
Kircher, Athanasius
Kirlianfotografie
Klass, Philip J .
Kabbalah (Kabbala, qabalah) (Hebreeuws: overlevering) Joods mystiek systeem. De Kabbalah is afkomstig uit Zuid-Frankrijk of Spanje en dateert van de 12de of 13de eeuw. Over haar oorsprong is niet veel bekend, De belangrijkste teksten der kabbalisten zijn de Sefer Yetzirah (Boek der Schepping ; auteur onbekend, waar schijnlijk ontstaan voor de 6de eeuw) en de Sefer ha-Zohar (Het Schitterende Boek), waarschijnlijk geschreven door de 13de-eeuwse Spaanse kabbalist Mozes de Léon van Guadalajara. De Sefer Yetzirah beschrijft hoe God ('de oneindige', in het Hebreeuws: En-Sof) de kosmos schiep door middel van 32 'geheime paden der wijsheid', dat wil zeggen de 22 letters van het Hebreeuwse alfabet en de tien emanaties (verschijningsvormen, in het Hebreeuws: sefiroth)van het Goddelijke. Deze sefiroth vormen tezamen de alomvattende 'boom des levens' en hangen op vele mystieke manieren met de schepping samen. De Zohar beschrijft de tien met deze sefiroth samenhangende stadia die de geleerde-mysticus moet doorlopen om eenheid met God te bereiken. Het feit dat de Hebreeuwse letters en woorden ook gezien kunnen worden als getallen (de 'gematria') speelde bij dit alles een belangrijke rol. Op die manier was het mogelijk het Oude Testament op een geheel andere dan de gebruikelijke wijze te interpreteren. Verwante methoden zijn de notarikon, waarbij men een belangrijk woord opvat als afkorting, en de temurah, die gebaseerd is op het zoeken van anagrammen. Deze technieken zijn al heel oud. In het Oude Testament zijn er al voor beelden van te vinden, en het *Getal van het Beest uit het boek Openbaring gaat hier ook op terug. De Kaballah maakte in de late Middeleeuwen een bloeiperiode door dankzij het werk van Isaac Luria (1534-1572). Inmiddels was zij ontdekt door de hermetische filosofen (*hermetisme). Haar leerstellingen sloten goed aan bij de hermetische overtuiging dat er tussen het Hogere en het aardse magische para1lellen lagen. In de 17de en 18de eeuw raakte de studie der Kabbalah in West-Europa in verval. In Midden en Oost-Europa bloeide zij echter, en oefende een grote invloed uit op de eveneens krachtige joodse mystieke tradities aldaar. In de 19de eeuw trok de Kabbalah de belangstelling van vele occultisten, maar de echte revival werd in gang gezet door de Amerikaanse rabbi Mordecai Menahem Kaplan (geb. 1881) na 1920. Deze kan momenteel op een bescheiden aanhang rekenen. Bron; Scholem, G., Kabbalah. New York, 1978.
Kampen, Hans van (I946) Nederlands UFO-onderzoeker (*UFO). Van Kampen opereerde vrijwel altijd in zijn eentje. Zijn relatie met het *Nederlands OnderzoeksBureau voor Onbekende Vliegende Objecten (NOBOVO) is op z'n zachtst gezegd altijd koel geweest. Desondanks wist hij met zijn vlotte babbel en meeslepende stijl het Nederlandse UFO-gebeuren vele jaren te domineren, vooral ten tijde van de UFO golf in en om *Gorredijk. Hij heeft ook verscheidene UFO-boeken op zijn naam staan. Zijn debuut was Vliegende schotels, waan of wetenschap (1973), dat nog sterk op de Amerikaanse meldingen en ontwikkelingen leunde. Van Kampen lanceerde hierin de theorie dat UFO'S misschien wel tijdmachines waren. De resultaten van zijn eigen veldonderzoeken (met name in de jaren '70) zijn terechtgekomen in UFO's boven de Lage Landen (1978), dat als zijn beste (en best verkochte) werk geldt, Daarna volgden nog Spooklicht (198o) en 4O jaar UFO's (1987). In Spooklicht construeert hij aan de hand van zijn verzameling onverklaard gebleven meldingen een algemene omschrijving van het fenomeen (het 'spooklicht') dat naar zijn overtuiging de kern van het UFO-verschijnsel vormt. Zijn meest recente werk, het speculatieve De gezanten van Hyperion (1992) is veel minder de moeite waard.
Kardec, Allan (I804-I869) (eigenlijk:Léon Hippolyte Denizart Rivail) Frans spiritist (*spiritisme). Rivail kreeg tijdens een spiritistische *seance van een geest te horen dat hij in een vorig leven een druïde was geweest, een priestervan de *Kelten, met de naam Allan Kardec (Kardek). Onder die naam schreef hij enkele boeken met als belangrijkste zijn Le livre des esprits (1857). Hierin combineerde hij het spiritisme met *paranormale genezing en *reïncarnatie. Geestesziekten, zo stelde hij, worden veroorzaakt door binnengedrongen geesten, die misbruik maken van traumatische resten van vorige levens, achtergebleven in de patiënt (*karma). Kardecs ideeën maakten in Europa weinig indruk, maar in Brazilië groeide Kardecs leer uit tot een religie, het 'kardecismo', dat nog steeds haar aanhangers heeft. Priesters van deze sekte proberen dolende geesten te helpen en leggen zieken de handen op. .
Karma (Sanskriet: daad) In het hindoeïsme en boeddhisme het geheel aan daden in het huidige en alle vorige levens, plus alle daaraan verbonden consequenties. Karma is een volstrekt persoonlijk gegeven, Het is van invloed op het verdere verloop van iemands leven en zijn of haar komende *reïncarnatie. In de westerse occulte traditie wordt er een karma van de totale mensheid gepostuleerd, dat wel gelijkgesteld wordt met de slechts langs paranormale weg te raadplegen * Akasha-kroniek, die 'gezien' zou zijn door Madame *Blavatsky, Rudolf *Steiner en Edgar *Cayce.
Katholiek Nederlands Persbureau (KNP) Organisatie van orthodox-christelijke aard, die persberichten verzendt en lezingen verzorgt met betrekking tot de *Grote Samenzwering. (De term 'katholiek' verwijst dus niet naar de rooms-katholieke kerk; het KNP gebruikt deze term in haar oorspronkelijke betekenis van 'algemeen'.) Het KNP trad in 1992 voor het eerst voor het voetlicht, naar aanleiding van de ondertekening van het Verdrag van Maastricht. De daarbij in het leven geroepen Europese Unie was volgens het KN P een rooms-katholiek complot, gericht op de schepping van één katholiek Europa. Het denken van het KNP heeft zich sindsdien verder verdiept. De paus bleek slechts één van de vele pionnen van Satan. Spoedig doken andere vermeende onderdelen van de Grote Samenzwering in haar persberichten op. Deze onthullingen zijn gebaseerd op de werken van Amerikaanse samenzweringsauteurs, en op publicaties als The spotlight het blad van de beruchte antisemiet en *holocaust-ontkenner Willis Carto (*joodse samenzwering). Belangrijker dan de KNP-persberichten (waar de Nederlandse kranten en tijdschriften overigens vrijwel nooit gebruik van maken) zijn wellicht de lezingen. Curieus is dat de boodschap van het KNP met name in de smaak lijkt te vallen in de evangelisch-protestantse richting, terwijl zij in theologisch opzicht van deze in haar ogen veel te levenslustige stroming eigenlijk niets moet hebben.
Keel, John A. (I930) Amerikaans auteur op paranormaal gebied. Keel kwam in de belangstelling te staan dankzij zijn boek Operation Trojan horse (1970) waarin hij (net als Jacques *Vallee) een verband legde tussen de inzittenden van *UFO'S, zaken als *Men In Black, *spookverschijningen en meldingen van de *Big foot en de *yeti, Volgens hem ging het hier om ultraterrestrials, ultra-aardsen uit een andere werkelijkheid, die zich aan ons presenteren om ons op een nieuw tijdperk voor te bereiden. Het feit dat ze dit op een manier doen waardoor er geen harde bewijzen voor hun bestaan op tafel komen, en die ertoe leidt dat velen twijfelen aan hun bestaan, maakt onderdeel uit van hun strategie. Aansluitend hierop heeft Keel zich op vele terreinen begeven. Zijn opus omvat onder andere Our haunted planet (1971), Jadoo (1972) en The mothman prophecies (1976). Laatstgenoemd werk gaat in op een golf van meldingen eind jaren '6o in de staat West-Virginia, betreffende de mothman, een twee meter lange dracula met roodgloeiende ogen. (Volgens Keel was het wezen vooral verzot op het najagen van vrou wen die ongesteld waren!) Keel beweert in die tijd regelmatig geheimzinnige telefoontjes te hebben ontvangen waarin belangrijke gebeurtenissen accuraat werden voorspeld, en hij beweert zelfs gezien te hebben dat de maan 'vergat' om aan de hemel te staan. The mothman prophecies, kortom, dient gelezen te worden als een mengeling van reportage en oververhitte fantasie.Bron; Sheaffer, R., The UFO verdict Buffalo, 1980. .
Kellogg, John Harvey (I852-I943) Amerikaans arts en bedenker van alternatief voedsel. Kellogg verzette zich hevig tegen het nuttigen van wittebrood, gebak, vlees, kruiden, koffie, thee en nog zo wat producten die de fysieke fitheid en geestelijke reinheid van met name de Amerikaanse jeugd aan zouden tasten. Hij beweerde ook dat roken longkanker veroorzaakt, en hij beschouwde 'verstopping' als een bron van zelfvergiftiging tegen te gaan door flink veel vezelstoffen en een schepje paraffine in de dagelijkse voeding, lavementen, en als dat ook niet hielp, 5 kilo druiven per dag. Al deze ideeën werden uitgeprobeerd in het Battle Creek Sanitarium, een gezondheidsoord dat oorspronkelijk toebehoorde aan de *zevendedag adventisten. Toen Kellogg deze bijzonder lucratieve instelling aan de controle van de kerk had onttrokken, werd hij uit de kerk gezet, in 1907. Voortdurend kwam hij met gezonde alternatieven: in 1877 kwam hij met een recept voor gebakken en gemalen tarwe, haver en mais ; kort daarna predikte hij yoghurt met notenpasta, en ook pindakaas is een van zijn bedenksels. Zijn volgende voorstel (uit 1895) was de tarwegraanvlok, zeven laar later verbeterd tot de cornflake van maismeel (met wat gerstemout voor de smaak). De in 1906 opgerichte Battle Creek Toasted Flake Company werd, onder de zakelijke leiding van Johns acht jaar jongere broer William Keith, de voorloper van de huidige ontbijtvlokgigant, de Kellogg Company. De onvermoeibare Kellogg was ook de auteur van Rational hydropathy (1900), waarin beschreven wordt hoe praktisch iedere ziekte genezen kan worden door de juiste toediening van koud, lauw of heet water. Het boek telt dertig verschillende vormen van 'douchen' (*watertherapie), Kellogg leerde via zijn banden met de zevendedagadventisten William Sadler kennen, de bezorger van de tekst van het boek * Urantia. De Amerikaanse skepticus Martin *Gardner ontdekte dat de auteur van dit boek, dat door middel van * channeling tot stand is gekomen, de zoon van John Kellogg namelijk William Kellogg moet zijn geweest.
Kelten Prehistorische Noord-Europese groep van volkeren. Oorspronkelijk, rond 12OO v.C., waren de Kelten geconcentreerd in wat nu Duitsland en delen van Frankrijk zijn, later waaierden ze uit naar Spanje, Engeland, de Povlakte, en Oost-Europa tot de Zwarte Zee. De Keltische priesters, druïden genaamd, hadden een belangrijke taak in de maatschappij. De opvoeding van adellijke jonge lieden was hen toevertrouwd. Ze boden krachtig weerstand tegen de Romeinen, die van de weeromstuit hun best deden om ze te onderdrukken.
Kemnitz, Mathilde von Duits mystica en samenzweringsdenker. Mathilde von Kemnitz (geboren Spiess) studeerde psychologie bij Emil *Kraepelin en stortte zich daarna op het spiritistisch onderzoek (*spiritisme). Zo bezocht ze een *seance onder leiding van de Duitse onderzoeker Freiherr Von *Schrenck-Notzing, en zes weken nadat deze zijn grote werk Der Kampf um die Materialisationsphanomene (1914) publiceerde, kwam zij met het pamflet Moderne Medien fôrschung (1914). Hierin onthulde ze hoe onzorgvuldig deze onderzoeker te werk ging en ontmaskerde Von Schrenck-Notzings belangrijkste medium in Materialisationsphanomene, *Eva C., als een ordinaire bedriegster. Eva had altijd een 'helpster' bij zich en was eerder (onder haar echte naam, Marthe Béraud) als medium actief geweest in Algiers, waar ze onderzocht was door de Franse parapsycholoog Charles *Richet. Von Kemnitz onthulde ook dat de door Eva gematerialiseerde gezichten in feite foto's waren uit het Franse tijdschrift Le miroir.
Het pamflet betekende een zware slag voor Von Schrenck-Notzing. Hij protesteerde dat een pas afgestudeerde arts niets te beduiden had tegen reuzen van de wetenschap zoals *Lodge en *Crookes. Of er nog meer reuzen waren, verzweeg hij delicaat, maar hij ging daarna nog vele jaren door met zijn 'onderzoek'. Voor Von Kemnitz betekende de affaire het begin van een loopbaan gewijd aan het ontmaskeren van allerhande bedriegers en uiteindelijk ook samenzweringen, maar dit liep uit op het aan de kaak stellen van de *Grote Samenzwering van joden en vrijmetselaars, en ze sloot zich aan bij de * völkischebeweging. (De relatie was wat moeizaam omdat ze zichzelf een belangrijk völkisch filosoof achtte.) Na haar kennismaking in 1922 met generaal Erich Ludendorff (1865-1937), de Duitse opperbevelhebber in de Eerste Wereldoorlog, raakte ze ook verzeild in nationaal-socialistische kringen. (Ludendorff was al zeer vroeg betrokken bij de NSDAP van Adolf *Hitler.). Op het NSDAP-partij congres van 1924 sprak ze bijvoorbeeld over de verhouding tussen het Duitse volk en de religie. Von Kemnitz verwierp het christendom als een oosterse uitvinding en verkondigde een Germaans geloof in de Kosmos. (Dit idee zou in de nazi-tijd uitgewerkt worden door de völkische mysticus Jakob Hauer, die ook grote invloed uitoefende op de psycholoog Carl Gustav *Jung.). Von Kemnitz en Ludendorff (die uiteindelijk helemaal in haar ban raakte) trouwden in september 1926, Vanaf dat moment trokken ze samen ten strijde tegen de Grote Samenzwering, Joden, Annie *Besant en haar *Theosophical Society, de *antroposofie, de *astrologie, allerhande sekten en occulte ridderorden. Hun invloed in de NSDAP was en bleef echter gering. Hitler moest niets van haar hebben. Bron; Webb, J., The occult establishment La Salle, 1981.
Kensington stone. Beschreven stuk steen, aangetroffen door de boer Olof Ohman in 1898 in de buurt van Kensington (Minnesota), met een tekst in Oudnoorse *runen. De tekst beschrijft de landing van 3o vikingen afkomstig uit Vinland (Newfoundland) in het jaar 1362. Deskundigen van de universiteit van Minnesota wezen de vondst aanvankelijk op taalkundige gronden als bedrog van de hand, en het is aan de publicaties van de boekverkoper Hjalmar Rued Holand (1872-1963) te danken dat de steen niet volkomen werd vergeten maar dat de kwestie uit groeide tot een ware archeologische affaire. Holand nam de steen mee naar Europa, maar de runendeskundigen aldaar waren ook niet onder de indruk. Uiteindelijk na zo'n twintig jaar werken in stilte, slaagde hij er echter met zijn boekje The Kensington stone (1932) alsnog in de steen een plaats te geven in de Amerikaanse geschiedenisboekjes. In 1948 verhuisde de steen tijdelijk naar Washington, waar een nieuwe generatie geleerden zich erover boog. De oordelen waren dit keer gematigd positief en het leek erop dat historici ervan over tuigd waren dat de vikingen veel dieper in Noord Amerika waren doorgedrongen dan men ooit voormogelijk had gehouden. Maar de vreugde was van korte duur. In 1951 publiceerde de Deense runoloog Erik Moltke (geb. 19ol) een document, afkomstig uit de archieven van de Minnesota Historical Society, waaruit bleek dat er iets grondig mis was met de steen. Het was een brief van ene J.P. Hedberg (een vertrouweling van Ohman) aan de redacteur van een lokale krant, met daarbij een kopie van de tekst op de steen. Opmerkelijk is echter dat er systematische verschillen bestaan tussen deze 'kopie' en de daadwerkelijk gebeitelde tekst verschillen die geen andere conclusie mogelijk maken dan dat het hier om een eerste versie gaat van wat er uiteindelijk op de steen werd gebeiteld. Moltkes onthulling heeft de gelovers in het defensief gedrongen. De steen wordt nu weer door vrijwel alle historici als een vervalsing beschouwd. Een van de weinige moderne verdedigers van de steen is de emeritus-hoogleraar Robert Hall van de Cornell University. Een volstrekt unieke interpretatie van de tekst is afkomstig van de natuurkundige Ole Landsverk en cryptograaf Alf Monge. Zij menen te weten dat de tekst in code is geschreven en gegevens bevat over *Atlantis. Bron; Williams, S., Fantastic archaeology. Philadelphia,
Kervran, C. Louis Frans auteur van het boek Biological transmutations (1972, de originele Franse uitgave dateert van 1962), waarin hij beweert dat er tijdens de spijsvertering transmutaties optreden, waarbij het ene element in het andere wordt omgezet (*alchimie). Kippen, zo luidt een van zijn indrukwekkender voorbeelden, maken de voor de schaal van hun eieren benodigde calcium zélf aan door atomen silicium met koolstof te combineren, of kalium met waterstof. Kervran zwijgt over de vrijkomende fusieenergie (duizenden kilowattuur per ei) die ruimschoots genoeg is om de kip te braden tijdens het leggen van eieren. Mensen met kalkgebrek zouden om soortgelijke redenen ook beter kalium en 'organisch silicium' kunnen slikken. Kervrans voorschriften voor correct experimenteren omvatten onder andere de aanbeveling vooral gebruik te maken van niet-zuivere stoffen, en gedestilleerd water te vervangen door Evian-bronwater. Hij heeft nog samenge werkt met George Oshawa (1893-1966), de grondlegger van de *macrobiotiek. Keyhoe, Donald Edward (I897-I988) Amerikaans UFO-onderzoeker (*UFO). Keyhoe (een freelance luchtvaart- journalist) kwam in 1949 in contact met het UFO-fenomeen, en was er vrijwel vanaf het begin van overtuigd dat de Amerikaanse luchtmacht meer wist dan zij losliet (maar dat niet durfde omdat er anders paniek zou uitbreken). Zijn artikel 'Flying saucers are real', in True magazine van januari 1950, geldt als een van de meest invloedrijke publicaties uit de begindagen van de ufologie. Keyhoe schreef hierin:
. dat de aarde al 175 jaar door buitenaardsen in de gaten werd gehouden ;
. dat ze dat sinds kort veel intensiever deden ;
. dat er drie verschillende typen buitenaardse ruimteschepen werden gesignaleerd ;
. dat er overeenkomsten waren tussen deze ruimteschepen en de ideeën over interplanetaire ruimtevaart van de Amerikaanse overheid. Kort daarop verscheen The flying saucers are real (1950), dat als het eerste echte UFO-boek geldt. Even succesvol was zijn Flying saucers from outer space (1953). Zijn The flying saucer conspiracy (1954) was een felle uithaal naar de luchtmacht, en zijn speculaties over een sinistere silence group legde de basis voor het huidige geloof in een *UFO-samenzwering. Keyhoe was ervan overtuigd dat iedereen (behalve de luchtmacht) het belang van UFO'S onderschatte en wilde het Amerikaanse Congres overhalen om hoorzittingen over dit onderwerp te organiseren. Daarom wilde hij ook niets te maken hebben met * contactees, die het UFO-fenomeen in zijn ogen alleen maar in diskrediet brachten. Om diezelfde reden wilde hij een massabeweging op touw zetten, die de overheid onder druk moest zetten. Hij werd in 1956 dan ook een van de oprichters van de National Investigations Committee on Aerial Phenomena (NlCAP), en zorgde ervoor dat dit zich vooral bezighield met lobby werk in Washington. Dit in tegenstelling tot APRO, de organisatie van James en Coral *Lorenzen, die zich concentreerde op onderzoek van meldingen. Keyhoe heeft zijn hoorzittingen nooit gekregen, en toen het eenmaal in opdracht van de federa1e overheid tot een onderzoek kwam, in 1968, was het resultaat (het *Condon-rapport) een gevoelige klap voor de UFO-beweging. Niet lang daarna werd Keyhoe door de raad van bestuur van NlCAP overboord gezet. Dat heeft niet kunnen voorkomen dat de organisatie de daaropvolgende jaren een stille dood stierf. Bron; Peebles, C., Watch the skies! Washington, 1994. .
Kircher, Athanasius (I602-I680) Duits jezuïet en universeel geleerde, na 1638 hoogleraar wiskunde aan het Collegium Romanum te Rome. Kircher was deskundig op vele gebieden, en tevens een overtuigd hermetist (*hermetisme), en tevens een van de laatste grote vertegenwoordigers van het hermetisme. Kircher was altijd op zoek naar de mystieke eenheid in de kosmos en de volmaakte, doch verloren gegane kennis die hierover ooit zou hebben bestaan. De resultaten van zijn onderzoeken legde hij vast in omvangrijke werken, die steevast prachtig geïllustreerd waren. De bekendste zijn Ars magna lucis et umbrae in mundo (Grote kunst van licht en schaduw in de wereld, 1643) met daarin een van de vroegste beschrijvingen van de toverlan-taarn, de Mundus subterraneus (twee delen, verschenen in 1665 en 1678), over de onderaardse wereld en de geologie, en Turris Babel (1679), over de wereldbevolking en haar talen. Zijn levenswerk was echter de Oedipus Aegyptiacus (1652-1654) waarin hij zijn hele immense kennis van historische filosofische systemen, talen, culturen en godsdiensten inzet om de Egyptische religie (waaruit alles zou zijn voortgekomen) te reconstrueren. Aan de hand van die *oergodsdienstkwam hij weer tot een interpretatie van de Egyptische hiërogliefen, die overigens volstrekt symbolisch was en ver bezijden de waarheid. Later zou hij nog teksten op obelisken en in mummiekisten op zijn eigen wijze 'vertalen'. Zijn veronderstelling dat het Koptisch, dat in Ethiopië wordt gesproken,verwant zou zijn aan het Oudegyptisch, is waarschijnlijk zijn enige nuttige bijdrage geweest aan de egyptologie.
Kirlianfotografie, Techniek waarbij een foto van een voorwerp wordt gemaakt door dit op een lichtgevoelige film te leggen, en daaronder een geleidende (metalen) plaat. Indien tussen het voorwerp en de geleidende plaat een hoge en hoogfrequente spanning wordt gezet, treden er zogenoemde coronale ontladingen op tussen het voorwerp en de plaat, die op de tussenliggende film diffuse of grillige patronen achterlaten. Kirlianfotografie dateert van het begin van de 20ste eeuw en stond toen bekend als 'elektrografie'. In de laren '40 werd het procédé nieuw leven ingeblazen door het Russische echtpaar Semyon Davidovitsj en Valentina Kirlian. In de laren '60 kwam er een golf van belangstelling voor deze techniek op gang, dankzij de speculaties van de Russische biofysicus Viktor Adamenko, die de vastgelegde vormen en kleuren van allerlei medische en occulte interpretaties voorzag. De ontladingspatronen werden vanaf dat moment vergeleken met de *aura's die paranormaal genezers (*paranormale geneeswijze) en *paragnosten beweren te zien, en met het etherisch lichaam dat alles en iedereen omgeeft, onder andere bekend uit de *antroposofie. Al die kirliandrukte is inmiddels weer voltooid verleden tijd, Onderzoek heeft uitgewezen dat kleur, omvang en vorm van deze patronen afhankelijk zijn van gemakkelijk te manipuleren factoren als spanning, belichtingstijd, luchtvochtigheid, et cetera.
Klass, Philip J . (geb. I9I9) Amerikaans UFO-onderzoeker (*UFO), en een van de belangrijkste skeptici in de ufologie. Klass kwam als hoofdredacteur van Aviation weekly in aanraking met UFO-meldingen. Hij dacht aanvankelijk deze te kunnen verklaren als *bolbliksems. Op basis van deze theorie schreef hij zijn UFO'S identified (1968). Later kwam hij tot de conclusie dat hij dat natuurverschijnsel waarschijnlijk helemaal niet nodig had. In UFO's explained (1974) wist hij voor verscheidene tot dan toe zeer geheimzinnige UFO meldingen een volkomen aardse verklaring te geven, en hij is er sindsdien ook van overtuigd dat dit met alle meldingen mogelijk is. Klass' grondige research heeft al menige beroemde UFO-melding aan het wankelen gebracht. Hij was vanaf de oprichting in 1976 Fellow van het * Committee for the Scientific Investigation of Claims of the Paranormal(CSlCOP). Daarna verschenen nog UFO's: tbe public deceived (1983) en UFO abductions, a dangerous game (1989). Dit laatste werk is geheel gewijd aan vermeende ontvoeringen door *ufonauten, de zogeheten * abductions.