|
- SPREKEN DE
SYMBOLEN?
-
- In 1976 organiseerde het Rijksmuseum te Amsterdam een
schilderijen tentoonstelling onder het motto Tot Lering
en Vermaak. Ter verduidelijking gaf men de catalogus als
ondertitel mee "Betekenissen van Hollandse genre
voorstellingen uit de zeventiende eeuw" .
- De organisatoren had den zich tot taak gesteld om
verborgen symboliek op te sporen in zogenaamde genre-
stukken van onze schilders uit de Gouden Eeuw. Maar in
vele gevallen bleek het niet mogelijk om vast te stellen
waar symboliek begint en waar symboliek ophoudt. Toch
leverde naarstig onderzoek van poëzie uit de vorige
eeuwen vaak verrassende vondsten op. Vooral als men zijn
licht opstak bij de emblematisten: schrijvers, die hun
gedichten opsierden met een plaatje en een praatje.
Sommigen van hen combineerden zelfs een meesterlijke pen
met een virtuose wijze van graveren. Zij waren het bij
uitstek, die zich oefenden in beeldspraak.
Vanzelfsprekend varieerde de betekenis, die aan een
bepaald zinnebeeld gehecht werd al naar gelang de
instelling van de auteur: zoveel hoofden, zoveel
zinnen.
- Ik heb uit de massale hoeveelheid emblemata
literatuur - het hoogtepunt werd in de Lage Landen
bereikt in de Gouden Eeuw - enkele zinnebeelden gekozen.
Hoewel het gemeenschappelijk bezit van symbolen van alle
tijden is, blijft het toch de vraag of de moderne mens
zich hierdoor nog laat aanspreken. Teveel symboliek is
sinds de laatste wereldoorlog uit de kerk verdwenen.
- De Vrijmetselarij daarentegen koestert met grote
waakzaamheid de symbolen die een wezenlijk bestanddeel
uitmaken in haar rituelen. Maar bij het doorbladeren van
deze bundel zinnebeelden, zou eigenlijk ieder mens erdoor
geboeid kunnen worden. Symbolen immers zijn door elke
bespiegeling en uitleg bruggehoofden naar de verhulde
werkelijkheid. Ze passen dan ook allerminst in
leerstellige instituten.
-
- De volgorde van de afgebeelde emblemen is
chronologisch. De emblemen van Rollenhagen zou men
christelijk-humanistisch kunnen betitelen, zo men wil en
die van Luyken christelijk-pietistisch.
- De eerste verschenen in 1611 en 1613. Die van Jan
Luyken over een periode van veertig jaar namelijk vanaf
1671 tot 1712.
-
- Mogen lezer en kijker "lering en vermaak" putten uit
de universele waarden van symbolen.
-
- John Landwehr
-
|