1758 ELUS-COHENS
Ik ben al wat geweest is, al wat is en al wat nog zijn zal ; mijn sluier is nog nooit door een sterveling gelicht
( Isis en Osiris, Plutarchus )
Het begrip ‘Elus-Cohens’ komt van het Hebreeuws en is het best te vertalen door ‘Verlichte Priesters’. De stam is afkomstig van het begrip ‘cohanium’.
De ‘Elus-Cohens’ werd opgericht in 1758 door Martinez de Pasqually ( 1727 - 20/09/1774 ) onder de volledige naam ‘L’Ordre des Chevaliers Maçons Elus Cohens de l’Univers’.
De volledige naam van Martinez was : Jacques de Livron Joachim de la Tour de la Casa Martinez Pasqually.
Martinez de Pasqually werd geboren in de buurt van Grenoble en was van Spaanse afkomst. Zijn vader was geboren in Alicante rond 1671.
Volgens Papus zou hij zijn ingewijd te Londen door Emmanuel Swedenborg ( 1688 - 1772 ) in een Vrijmetselaarsloge. Swedenborg is eigenlijk een mysticus. In zijn boek ‘Principia’ doet hij een zeer merkwaardige uitspraak over het ontstaan van het Heelal. Hij gaat er vanuit dat een snel ronddraaiende nevel zichzelf omvormt tot een zonnestelsel. Dit idee is vandaag nog altijd de basis van de meeste theorieën over het ontstaan van het Heelal.
De filosofie van Martinez is eigenlijk middelmatig. Hij beweerde zijn kennis uit het Oosten te hebben ontvangen. Bedoelde hij hiermee met Midden-Oosten of China waarvan hij beweerd het in zijn jeugd te hebben bezocht of bedoelde hij het symbolische Oosten ?
In 1754 stichtte hij ‘Les juges écossais’ in Montpellier. Vanaf 1755 tot 1760 doorkruiste hij gans Frankrijk om zijn Ordeleden te recruteren.
In 1760 wanneer hij in Toulouse is wordt hij ontvangen in de ‘Loges de Saint Jean Réunies’.
In 1760 stichtte hij een tempel van de ‘Elus-Cohens’ te Foix dat enkel toegankelijk was voor Vrijmetselaars onder de naam ‘Le Temple Cohen’. Het was in Foix dat een jonge legerofficier ( Louis Claude de Saint-Martin ) de secretaris werd van Martinez de Pasqually ( zie geschiedenis Martinisme ). De vorige sekretaris was Abbé Fournier.
In 1761 werd Pasqually lid van de Franse Loge te Bordeaux en richtte ook daar een Elus-Cohens tempel op onder de naam ‘La Perfection Elue Ecossaise’. Medeoprichters waren de graaf M. D’Alzac, markies de Lescourt, d’Auberton, de Oasen, de Bobié, Jules Tafar, Morris en Lacambard. Martinez heeft vele jaren doorgebracht te Bordeaux.
Op 26/5/1763 veranderd de naam van zijn Loge in ‘La Française Elus Ecossaie’ nadat de Grand Oriënt de France hiervan op de hoogte was gebracht. Op 1/2/1765 werd zijn Loge definitief erkend.
In 1765 is hij te Parijs. Daar ontmoet hij talrijke broeders zoals : Bacon de la Chevalerie, de Lusignan, de Loos, de Grainville, Jean-Baptiste Willermoz en Fauger d’Igéacourt.
Op 21/3/1767 sticht hij met hen ‘Le Tribunal des Elus Cohen’ met Bacon de la Chevalerie als Voorzitter.
In 1765 ontmoette hij Jean-Baptiste Willermoz ( 10/07/1730 - 20/05/1824 ), zoals we reeds zagen te Parijs, die heel bevriend geraakte met Martinez de Pasqually. Willermoz was de stichter van ‘L’Ordre des Chevaliers Bienfaisants de la Cité Sainte’ op 28/08/1778. Willermoz was officiant van allerlei Vrijmetselaarsloges. Hij kreeg de Elus-Cohens initiatie in 1785.
Willermoz ontving Louis Claude de Saint-Martin in 1785 in een Loge te Lyon. De graftombe van Willermoz ligt in Loyasse ( Lyon ) naast die van Philippe Nizier. (1)
In 1768 stichtte Martinez de Pasqually de ‘Martinisten Orde van de Elus-Cohens’.
De Orde werd later door zijn leerling Jean-Baptiste Willermoz in de Vrijmetselarij opgenomen als een systeem van hogere graden.
Rond 1770 waren er vele tempels die initieerde in de Rite van de Elus-Cohen. Er waren tempels te Bordeaux, Montpellier, Avignon, Foix, La Rochelle, Versailles, Parijs, Metz en Lyon.
In de periode van 1772 tot 1774 ontwikkelt hij de Orde verder te San Domingo ( Haïti ). Hij sterft er op 20/09/1774.
Martinez de Pasqually had een zoon geboren op 24/6/1768. Hij leefde in de buurt van Pau. Zijn zoon ‘verdween’ tijdens de opstanden van de Franse Revolutie.
De Orde kende, alnaargelang de documenten die worden geraadpleegd, negen - tien of elf inwijdingsgraden.
Een van deze graden is de graad van ‘Réau-Croix’ die niets te maken heeft met het begrip ‘Rose-Croix’.
In het nalatenschap van deze Orde weten we dat de ‘Sovereign Judges et Supèrieurs Inconnus de L’Ordre’ bestond uit : Bacon de la Chevalerie, LouiClaude de Saint-Martin, Jean-Baptiste Willermoz, de Serre, Durey d’Hauterive en de Lusignan.
Voor zijn dood had Martinez Armand Cagnet de Lestère aangesteld als zijn opvolger. Hij was de Generaal-Sekretaris van de zeemacht in Port-au-Prince te Haïti.
Cagnet de Lestère stierf in 1779 en voorzag Sebastian de las Casas als zijn opvolger. De laatste van deze Orde, Destigny, stierf in 1868.
Ondanks deze opvolgers werd er geen nieuwe Grootmeester aangesteld en bleef de Orde in rust tot in 1942.
Sebastian de las Casas, de laatste Grootmeester van de ‘Elus-Cohen’, overhandigde de archieven van de Orde aan de ‘Philalèthes’.
Bacon de la Chevalerie zetelde ondertussen in ‘La Grande Collège des Rites’ vn de Grand Oriënt de France. Hij heeft nog een poging ondernomen om de ‘Elus-Cohen’ in de schoot van de Grand Oriënt de France te doen heropleven echter zonder resultaat.
De Orde werd opnieuw tot leven geroepen tijdens de Tweede Wereldoorlog in 1942 door Robert Ambelain en Georges Bogé de Lagrèze en permanent gesloten door Robert Ambelain in 1964. De sluitingsverklaring werd officieel in het Martinisten tijdschrift ‘L'Initiation’ gepubliceerd.
(1) Beter bekend als Maître Philippe - Anthelme Philippe Nizier, leermeester van Gérard Encausse ( Papus ). Zie hoofdstuk ‘1850 - 1900 Frankrijk : de voorgeschioedenis’