cross.gif (7523 bytes)

UTOPIA

 

‘Laat Ons mensen maken naar Ons beeld, als onze gelijkenis,...’ ( Genesis 1:26 )

‘En God schiep de mens naar zijn beeld ; naar Gods beeld schiep hij hem, man en vrouw schiep Hij hen.’ ( Genesis 1:27 )

‘Van alle bomen in de hof moogt gij vrij eten, maar van de boom der kennis van goed en kwaad, daarvan zult gij niet eten, want ten dage, dat gij daarvan eet, zult gij voorzeker sterven.’ ( Genesis 2 : 16 )

‘ ... en gij als God zult zijn, kennende goed en kwaad. En de vrouw zag, dat de boom goed was om van te eten, en dat hij een lust was voor de ogen, ja, dat de boom begeerlijk was om daardoor verstandig te worden, ... ( Genesis 3:16 )

‘Zie, de mens is geworden als Onzer en door de kennis van goed en kwaad ; nu dan, laat hij zijn hand niet uitstrekken en ook van de boom des levens nemen en eten, zodat hij in eeuwigheid zou leven.’ ( Genesis 3:22 )

‘En in het zweet uws aanschijns zult gij brood eten.’ ( Genesis )

 

Deze niet bepaald optimistische uitspraak uit de Pentateuch zadelde het jodendom en het Christendom op met een enorm schuldgevoel. De oorspronkelijke Paradijselijke toestand was door Jahweh opgeheven omdat de eerste Mens, genaamd man en mannin, zijn wetten had overtreden.

In de cultuurgeschiedenis zijn er talrijke geschriften die een voorstelling maken van deze oorspronkelijke verloren gegane levenswerkelijkheid. Al deze schrijvers worden ‘Utopisten’ genoemd naar de roman Utopia ( 1516 ) van Thomas More. Utopia komt van het Grieks ‘eutopos’ wat zoveel betekent als 'topos' een gelukkig land en 'eutopos' nergens. Zelf zei hij aan Erasmus dat hij het bedoelde als een ‘Nusquama’ een land van nergens ‘in ille tempore’, ergens in de tijd. Niettegenstaande Utopia van Thomas More het meest bekende geschrift is is het zeker niet het meest originele. Talrijke schrijvers gingen hem vooraf.

Doorheen de ganse geschiedenis werden er tientallen van dergelijke geschriften geschreven. De eerste die we kennen zijn die van Plato’s Critias en de Staat waar hij gewag maakt van het eiland Atlantis dat met de Grote Zondvloed verdween. De eerste utopische ideeën vinden we bij Pythagoras van Samos. Voor hem was de wiskunde de grondslag van het Zijn. Wiskundige verhoudingen en de getallenleer, die hij zelf de arithmosophie noemde, beheersten zijn manier van denken.

Er volgden nog talrijke andere geschriften waaronder die van Joachim de Fiore ( 1130 - 1202 ), Thomas Campanella ( 1568 - 1639 ) met de ‘Civitas Solis’ ( 1623 ) en Francis Bacon ( 1561 - 1626 ) met de ‘Nova Atlantis’ ( 1627 ). Naast deze belangrijke kennen we nog tientallen anderen waaronder : Gerard Winstanley, Thomas Müntzer , Cyrano de Bergerac, Rabelais, Fénelon, Swift, Say en Jules Vernes.

Cicero schreef in 57 voor Christus de ‘Republica’. De eerste romeinse utopie. Na de verwoesting van de Joodse tempel in 70 door Titus kwam er pas een nieuwe tendens om utopische geschriften te schrijven. Het boek van Plutarchus ( 46 - 125 ) ‘Het leven van Lycorgus’ is eveneens van utopische aard. In 132 na Christus schreef Bar Kochka een werk met de titel ‘Het boek van Enoch’.

Tijdens de grote pestepidemieën in de 11° tot 13° eeuw zien we Joachim de Fiore met zijn ideale voorstellingen van maatschappelijke structuren. Tijdens deze periode, waarbij Europa te kampen heeft met duizenden slachtoffers, vergelijkt men de pest, de honger, de oorlog en de dood met de apocalyptische beelden van Johannes. Tijdens dezelfde periode ontstaan de kruistochten als respons naar de zoektocht van het Beloofde Land.

In 1192 werd de Rabbijn Jacob de Corbeil vermoord omwille van zijn ‘Sepher Shaked’. Een utopisch geschrift waarbij het Joodse volk de hemel op aarde werd beloofd.

Tijdens de Renaissance ontstonden de meeste utopische geschriften. De voedingsbodem van het Humanisme is daar niet vreemd aan. Het werk van Campanella ontstaat na het boek ‘Utopia’ van Thomas More. In 1619 werd het werk ‘Cristianopolis’ gedrukt van Johann Valentin Andrea. Vier jaar voor het verschijnen van de Civitas Solis, De Zonnestad, van Campanella. Het werk verscheen na de twee wereldberoemde geschriften de ‘Fama Fraternitatis’ en de ‘Confessio Fraternitatis’.

Cristianopolis of polis=stad van de Christenen is zeer symbolisch en heeft een grotere waarde dan het werk ‘Die Chymische Hochzeit Christiani Rosenkreuz Anno 1459’ dat hij op 17-jarige leeftijd schreef waarvan hij in zijn autobiografie zegt dat het slechts een sprookje is. Het geschrift is een reactie op de bestaande orthodoxie die we reeds kennen van zijn vorige geschriften. Er wordt veel aandacht geschonken aan de alchimie en de astrologie naast een opvallende aandacht voor de heersende wetenschap. Andrea steunde de textielarbeiders in Calw de stad waar hij voor het merendeel verbleef. Hij was een vurig verdediger van de stedelijke ontwikkeling en de gilden die zich afzetten tegen het Feodale systeem. Vooral de broederschapsidealen van de gilden en de vakbekwaamheid van de leden worden de hoofdingrediënten in zijn Christianopolis. De stad met de ideale samenleving die hij vooropstelde was een volmaakt vierkant versterkt met een muur en vier torens gericht naar de vier windstreken. Bij elke windrichting passen specifieke gilden. De stad voorzag zich in zijn eigen bestaansmiddelen. Bij Andrea zijn de samenstellende cellen van zijn samenlevingsmodel in hoofdzaak gevormd door een religieuze eenheid. Niettegenstaande hij voorstander was van de gelijkheid onder alle burgers gaf hij de vrouw specifieke taken toegewezen. Hij zag de vrouw bijvoorbeeld het best geplaatst in de weversgilden. Hij voorzag evenwel een gelijke opleiding voor mannen en vrouwen.

De fundamentele boodschap van de Utopisten is het herstel van de oorspronkelijke paradijselijke toestand waarvan gewag gemaakt wordt in de eerste hoofdstukken van Genesis. Ook andere culturen kennen een oorspronkelijk bestaan in de zin van ‘in Ille tempore’, ‘er was eens’. Victor Hugo zei : "L’utopie, c’est la vérité de demain" waarmee hij duidelijk laat verstaan dat voor hem de utopische wereld niet tot de werkelijkheid behoord maar misschien ooit wel werkelijkheid wordt. Lamartine drukte het dan weer anders uit : "Les utopies ne sont que des vérités prématurées."

Al deze verhalen hebben een aantal elementen gemeenschappelijk. Het gaat over een geïdealiseerde maatschappij dat een koppeling zoekt met zijn oorspronkelijk bestaan en heeft ook steeds een mythisch-religieus getinte constructie. Meestal gaat het over een eiland ergens in de zee ( Atlantis bij Plato, of de Nova-Atlantis bij Bacon ) waarvan de plaats niet bekend is. Naast deze eilanden spreekt men soms ook over het verloren gegane eiland Mu of Thule. De kernidee is steeds een samenleving die in een stad woont. De stad kent altijd een geometrische struktuur onderhevig aan astrologische gegevens. De toegang tot de stad en de bouwstijl doen ons steeds denken aan de Manadalstructuur waar de essentie de geometrische structuur is.

 

cosmos.gif (51281 bytes)

 

De utopische geschriften die verschenen na de Renaissance zijn niet te tellen. Sommige schrijvers willen het communistisch manifest van Marx zien als een utopisch geschrift.

Dat deze geschriften een niet nalatende invloed hebben gehad in de architectuur staat buiten alle twijfel. Een van de bekendste architecten van Italiaanse afkomst maar in de Verenigde Staten levend is Paolo Soleri ( 1919 ). Hij bouwt strikt geometrische steden die hij zelf Arcologies heeft genoemd. De stad Hexadron heeft als voorbeeld een pyramidevorm met een driedimensionale structuur.

stad.jpg (167892 bytes)

 

De Gotische kathedralen kennen allen een geometrische structuur vastgelegd door de bouwmeesters en bouwgilden die, zo vertelt ons de traditie, de voorlopers waren van de huidige Vrijmetselarij.

Gebouwen als de Taj Mahal, de Egyptische tempels, de Boeddhistische en Hindoeïstische tempels kennen allen een geometrische structuur. We kunnen ze beschouwen als een ‘Axis Mundi’ waar in de volgende hoofdstukken nog zal worden op ingegaan.

 

babel.jpg (34641 bytes)

 

De talrijke verwijzingen naar een ‘esoterisch centrum’ zoals de Grote Witte Broederschap, de broederschap van Shambalah of Agartha zijn allen duidelijke zinspelingen op de utopische gedachten. Blavatsky, Steiner, Spencer Lewis, Max Heindel en zoveel anderen verwijzen naar dit centrum. Een voorbeeld uit een van de documenten van de FUDOSI uit 1938 geschreven door Victor Blanchard spreekt voor zichzelf.

"Au Sar Hieronymus

Bruxelles

Mon Bien cher Frère,

J’ai le bonheur de porter à votre connaissance que les Centres de l’Agartha auxquels, vous le savez déjà, je suis directement relié, m’ont fait entrer en possession d’objets et de documents magiques ayant appartenu à Christian Rosenkreutz, fondateur de la Rose + Croix.

…"

In het boek de Broederschap van Shamballa (1) lezen we de volgende passages :

"Het is onze bedoeling niet, op min of meer interessante wijze over de geheimenissen van de Gobi-woestijn te spreken. Het is onze taak u in te lichten over de dra komende dingen, die u niet mogen overvallen."
( blz. 10 )

"Dit eilandenrijk bestaat nog, als een oase in de Gobi. Allen die het geheime Woord kennen is dat bekend, en allen die dit Woord kennen hebben er toegang. Het is onmogelijk om een gewone verbinding met de Gobi-oase te vinden. Zowel van de zijde van het land als van de zijde van de lucht is de gehele streek zorgvuldig tegen vreemde indringers beschermd. Er zijn slechts zeven geheime toegangen, die gesluierd worden aangeduid als de zeven onderaardse gangen van Shamballa.
( blz.14 )

Het boek gaat verder op bladzijde 56 met het hoofdstuk ‘Het eiland van Isis’.

Alle verhalen omtrent de mythevorming van de Graal en het reinigende Bloed dat zijn wortels heeft in de Mythrasmysteriën geven ons een binding met dezelfde beginselen uit de utopische wereldbeelden. Ongelukkiglijk vinden we nog steeds arme zielen die met spade en kruiwagen op stap gaan in de overtuiging iets ‘in ille tempore’ onder de grond te vinden. De grens tussen de initiatieriten en de utopische denkbeelden is zeer klein. In het verloop van deze studie komen we daar nog uitgebreid op terug.

 

Thomas More vat het in zijn boek ‘Utopia’ (2) als volgt samen :

 

"Het eiland kent een verscheidenheid van godsdiensten. Niet alleen van streek tot streek lopen die uiteen, maar zelfs binnen het bestek van één stad : er zijn Utopiërs die de Zon, anderen die de Maan of een der planeten als godheid aanbidden. Er zijn er ook die een mens uit oude tijden, iemand die uitzonderlijk goed of uitzonderlijk beroemd is geweest, als een godheid vereren, zelfs wel als de hoogste god. Maar de grote meerderheid is daar veel te verstandig voor, en gelooft aan geen van deze goden, maar aan één goddelijk Wezen, verborgen, eeuwig, onmetelijk, ondoorgrondelijk, dat op een wijze die boven het menselijk begrip gaat, de ganse wereld doorwoont …

Trouwens ook alle anderen, hoezeer uiteenlopend van geloof, stemmen toch op dit punt met hen overeen, dat zij één godgeid als de hoogste beschouwen, de Werkmeester en Bestierder van het Heelal ; Hem duiden zij allen gelijkelijk in hun landstaal aan als Mythra. Het verschil is, dat de ene deze, de andere die godheid voor Mythra houdt. Maar welke godheid het ook zij die men als de hoogste beschouwt, hierin stemmen allen weer overeen, dat het in wezen zijn kracht en majesteit zijn, waaraan overal, waar ook ter wereld, de Schepping wordt toegeschreven."

Deze uitspraken, die vandaag algemeen aanvaard worden, was in de Renaissance zeker geen alledaagse visie. Pluralistisch denken, dat zo typisch is aan alle Utopia-schrijvers, was zeker geen algemene visie.

Het is trouwens opvallend dat Thomas More hier spreekt over Mythras. Dat de mysteriën van Mythras een geducht concurrent was tijdens de eerste eeuwen van het onstaan van het Christendom was zeker geen algemeen verbreid beeld. De Mitrasmysteriën werden definitief door de officiële Kerk verbannen in 377 na Christus. Het mithreum in Rome werd omgedoopt tot de San Clemente Kerk. Vanaf 8 november 392 volgden zware sancties op hen die nog tot deze cultus behoorden.

Vermoedelijk is het grootste utopische denkbeeld dat de mens ooit heeft geschapen het bestaan van het begrip ‘God’.

 


(1) Broederschap van Shamballa, uitgeverij Rozekruis Pers Haarlem no.1 1977

(2) Thomas More, Utopia Athenaeum - Polak & Van Gennep, Amsterdam 1973 - blz.123-124

 

bhome3.gif (1423 bytes)