Waalse Kerken
Wahhabieten
Waldenzen
Wereldbond van Baptisten.
Wereldbond van Hervormde
Wereldbond van Presbyterianen
Wereldraad van Kerken
Wereldraad van Methodisten
Westsyrisehe Kerk,
Winticultus,
Woodbrookers
World Alliance of Reformed Churches
World Evangelical Fellowship
Waalse Kerken
in Nederland vormen sedert de invoering van de kerkorde in 1951 een afzonderlijke classis binnen de *Nederlandse Hervormde Kerk als de Waalse Réunie onder leiding van de Waalse commissie. Na het midden der 16de eeuw vormden zich in de Zuidelijke Nederlanden hier en daar Waalse (Franstalige) gemeenten, die in de jaren 1560 ook gemeenschappelijk in synode bijeenkwamen. Zij verenigden zich in de periode van Alva met de Nederduitse gemeenten, zoals op de synode van Emden ( 1571). Daarna gingen zij zich afzonderlijk organiseren; 21 juni 1577 kwamen ze voor het eerst te Dordrecht in synode bijeen, onder leiding van Jean Taffin. Deze splitsing werd door de nationale synode van Dordrecht (juni 1578) goedgekeurd. In de 17de eeuw. vooral met de opheffing van het Edict van Nantes in 1 685, kregen de kerken versterking door de uitgeweken hugenoten, zodat het aantal der gemeenten opliep tot boven de 80. Naderhand is dit aantal steeds meer geslonken, doordat vele leden zich assimileerden met de Nederlands sprekende bevolking. In de 19de eeuw werden de Waalse Kerken nog beschouwd als een provinciaal ressort: sindsdien zijn sommige gemeenten geheel opgeheven en andere verenigd met een zustergemeente. zodat nu slechts 14 gemeenten deel uitmaken van de genoemde classis. De diensten worden er in de Franse taal gehouden.
De belangrijke bibliotheek waarover deze kerken beschikken. werd in 1973 uit Leiden verplaatst naar Amsterdam in het daar gevestigde Hospice Wallon. De leiding ervan berust bij de Commission de l'Hospice des Églises et de la Bibliotheque Wallonnes, die ook op ongeregelde tijden een Bullerm doet verschijnen .
Lit.: Livre synodal contenant les articles résolus dans les Synodes des Égltses Wallonnes des PaysBas (2 din., 189S1904); Les Églises Wallonnes des Pays Bas (1966).
Wahhabieten
Ultra-orthodoxe islamitische sekte in CentraalArabië. genoemd naar de stichter. Mohammed ibn Abd al Wahhab (1703 1779 die de oorspronkelijke zuiverheid van de islam wilde herstellen en zich o.m. keerde tegen heiligenverering en wereldse zaken als roken, musiceren, dansen, het gebruik van koffie, enz. Het geslacht Ibn Sa'oed werd ca. 1760 tot de sekte bekeerd en werd er de grote voorvechter van. Omvangrijke gebieden werden door de Wahhabieten veroverd, in 1803
1804 zelfs de heilige steden Mekka en Medina. waarop door de Turkse heersers de hulp van de Egyptische onderkoning Mohammed Ali werd ingeroepen, wiens zoon Ibrahim Pasja in 818 een vernietigende expeditie tegen de Wahhabieten hield. De Ibn Sa'oeds leefden tientallen jaren teruggetrokken in de woestijn en kwamen eerst na 1890 opnieuw naar voren. Ook het Wahhabisme leefde weer op en nadat Abd al Aziz ibn Sa'oed in 1901 zijn macht in Riaad hersteld had wist hij in de volgende jaren het grootste deel van het Arabisch schiereiland in naam van het Wahhabisme te veroveren: in l932 werd dit gebied verenigd tot het koninkrijk Saoedi
Arabië. Onder de latere Ibn Sa'oeds werd het Wahhabisme steeds gematigder en in het huidige Saoedi Arabië heeft het veel van zijn invloed verloren.
Lit.: R. W. VAN DIFFELEN, De leer der Wahhabiten (1927).
Waldenzen
oorspronkelijk aanhangers van een middeleeuwse armoedebewegings thans leden van een vnl. in Italië gevestigde protestantse kerk van gereformeerde signatuur. Zij zijn genoemd naar de rijke koopman Valdes (in de latere overlevering Petrus Waldus) te Lyond die zich in 1173 bekeerde tot een apostolisch leven van armoede. De beweging van hem en zijn geest verwanten, de pauperes de Luduno (= armen van Lyon) of pauperes Christi (= armen van Christus), die bezitloos rondtrokken, als leken predikten en met felle kritiek zich richtten tegen het ontaarde leven der geestelijkheid vond allengs ook in andere delen van West Europa ingang. o.m. in de Zuidelijke Nederlanden. Onder druk van vervolgingen verdwenen zij uit Frankrijk. maar in een latere periode keerden zij uit Lombardije terug in de dalen van Savoye en de Provence.
In de 16de eeuw sloten velen daar alsook in Piemonte zich aan bij de Reformatie, vooral onder invloed van G. Farel. Voor een aanmerkelijk deel verdwenen toen de voor hun voorgangers in de middeleeuwen kenmerkende trekken. Zij gingen voortaan deel uitmaken van het *gereformeerd protestantisme. In Frankrijk stonden zij bloot aan hevige vervolging, zodat zij werden teruggedrongen naar Piemonte. Ook daar maakte in de 17de eeuw de vervolging tijdelijk een einde aan hun bestaan. In Zwitserland en elders vonden zij toevlucht. Onder Henri Arnaud vond in 1689 de terugkeer plaats naar hun dalen. Maar eerst sedert I 848 werd hun meer vrijheid gegund.
De Waldenzische Kerk in Italiët die 26 mei 1947 bij de wet erkend werd, is thans uitgegroeid tot bijna 30000 leden en is de belangrijkste protestantse kerk in dat land. Voor de helft zijn zij gevestigd in Piemontev met als middelpunt Torre Pellice: verder in het dal van Aosta, in diverse steden en op Sicilië. In het geheel tellen zij ruim 80 gemeenten. De kerk volgt in haar inrichting het presbyteriaal synodale stelsel. Haar synode staat onder leiding van de Tavola Valdeses zeven leden, met een van hen als moderator. Te Rome is een theologische faculteit gevestigd die tevens voor andere kerkem zoals de methodisten. als opleiding dienst doet. Hen oecumenisch jeugdcentrum hoog in de bergen te Agape is voor velen een aantrekkingspunt. Ook in Uruguay en Argentinië hebben de Waldenzen een kerk, die ca. 16000 leden telt.
Lit.: H. GRUNDMANN, Religiöse Bewegungen im Mittelalter (1935, 196l); E. COMBA, Storia dei Valdesi ( 1935); MIA S H. VAN OOSTVEEN, Henri Arnaud, leraar en veldheer der Waldenzen (195l); A. ARMAND HUGON en G. GONNET, Bibliografia Valdese (1953), V. VINAY, Facoltà Valdese di teologia, I855 1955 (1955); A. ARMAND HUGON, La Chiesa di Pinerolo e i suo pastori (1961), M. MARTINI, Pierre Valdo (1961); K. \'. SELGE, Die ersten Walden5er (2 dln., 1961); C. TFOOT:ZELLIERE De Waldenzen, in: Spiegel Historiael {1969), blZ. 425 VV.; W. ERK (red.), Waldenser in Gesch. und Gegenwart (1971).
Wereldbond van Baptisten.
z Baptist World Alliance.
Wereldbond van Hervormde
(of Gereformeerde) Kerken, Nederlandse naam van de World Alliance of Reformed Churches. verenigt een zeer overwegend deel van alle kerken van gereformeerd karakter in de wereld. Zijn ontstaan gaat terug tot 1875. toen op initiatief uit Amerika. waarbij de hoogleraar J. McCosh te Princeton een belangrijke rol vervulde, de Alliance of the Reformed Churches holding the Preshvterion System tot stand kwam. Als grondslag koos men niet enig belijdenisgeschrift der bedoelde kerken, maar de kerkinrichting van het *presbyterianisme. De eerste assemblee werd in 1877 gehouden te Edinburgh. waarna men om de 5 à 6 jaar samenkwam. In 1964 werden commissies ingesteld voor theologische gesprekken met de *Lutherse Wereldfederatie en de Rooms Katholieke Kerk, terwijl er op praktisch gebied grote samenwerking ontstond Ook werden onderhandelingen aangeknoopt met de *Internationale Raad van Congregationalisten. het
geen op de (20ste) assemblee te Nairobi (1970} tot fusie leidde.
Bij de Wereldbond waren toen lol kerken (ca. 95°/0 der presbyterianen) aangesloten: genoemde Raad omvatte 21 kerken en 4 kerken waren lid van beide organisaties. Het hoofdkwartier van de nieuwe bond, die thans World Aljiance ot Reformed Churches (Presbyterian and Congregational) wordt genoemd, is gevestigd in Geneve in het gebouw van de Wereldraad van Kerken. waarmede eveneens nauwesamenwerking bestaat.
In Nederland maken de Nederlandse Hervormde Kerk, de Gereformeerde Kerken in Nederland (sinds I966) en de Remonstrantse Broederschap er deel van uitb in België de Protestantse Kerk van België en de Hervormde Kerk van België. De Bond heeft als speciale taak aanvaard de bevordering van de uitgave van de werken van Calvijn.
Wereldbond van Presbyterianen
Nederlandse naam van de Presbyterian Alliance, z Presbyterianisme.
Wereldraad van Kerken
(Eng.: World Council of Churches) is de organisatie van de *oecumenische bewegings gevormd na het besluit van de bewegingen voor *Faith and Order en *Life and Work in 1937 om samen te gaan. Een voorbereidende commissie richtte in 1938 te Utrecht de raad Xin process of formation' op. benoemde als secretaris generaal W. A. Visser `t Hooft en vestigde het hoofdkwartier te Geneve. In 1946 volgde de oprichting van het Oecumenisch Instituut van De Bossey (Zwitserland), centrum voor conferenties, en de jaarlijkse Graduate School of Ecumenical Studies.
Op 23 aug. 1948 werd de Wereldraad te Amsterdam definitief gesticht.
De raad is volgens de in 1961 gewijzigde constitutie 'een gemeenschap van kerken die de Heer Jezus Christus als God en Heiland naar de Schriften belijden, en die op grond daarvan tezamen hun gemeenschappelijke roeping trachten te vervullens tot eer van de éne God, Vader, Zoon en Heilige Geest (basisformule). Naast de constitutie is van belang de zgn. Toronto verklaring van 1950, getiteld: De Kerk, de kerken en de Wereldraad van Kerken. Besluiten van de raad zijn slechts verplichtend voor zover zij door de kerken aanvaard zijn of worden.
Het toporgaan is de assemblee! die ongeveer om de zeven jaar samenkomt en uit vertegenwoordigers van alle lidkerken bestaat. De assemblee noemt een Centraal Comité (cc) van 120 leden, gekozen naar geografische en confessionele spreiding. Er zijn zes presidenten en een erepresident; de voorzitter van het c c treedt met de secretaris generaal in urgente gevallen op. Het dagelijks bestuur bestaat uit 16 leden, die tweemaal per jaar samen komen om de besluiten van de jaarlijkse vergadering van het Centrale Comité uit te voeren. Het gehele werk staat onder leiding van de secretaris generaal (sinds 1972 Ph. A. Potter). Er bestaan commissies voor Faith and Order (waarin negen rooms katholieken benoemd zijn), World Mission and Evangelism (waarin sinds 1961 opgenomen de Internationale Zendingsraad)! Interchurch Aid. Refugee and World Service en International Affairs. Het stafwerk is verdeeld over drie programma
eenheden:
1. geloof en getuigenis: geloof en kerkorde, wereldzending en evangelisatie. de dialoog met mensen van levende godsdiensten of ideologieën, kerk en samenleving;
2. gerechtigheid en dienst (diakonia): hulp aan kerken en vluchtelingen, ontwikkelingshulp, anti
racismeprogramma, internationale aangelegenheden;
3. vernieuwing en opvoeding.
Hiernaast bestaan een secretariaat voor Financiën en Beleid, Studie objecten, het Oecumenisch Instituut en de Bibliotheek. In 1971 is de Wereldraad voor Christelijke Opvoeding in de Wereldraad geïntegreerd.
Oorspronkelijk waren hoofdzakelijk protestantse en anglicaanse kerken uit Europa en Noord
Amerika lid. Later zijn vele autonome kerken in Azië en Afrika en alle orthodoxe kerken toegetreden. Alle anglicaanse en congregationalistisches vele baptistenkerken, de Disciples of Christ. twee doopsgezinde broederschappen (Duitsland en Nederland). de meeste hervormde of gereformeerde (de Gereformeerde Kerken in Nederland sinds 197I). Lutherse, alle methodistische, oudkatholieke, orthodoxe en verenigde kerken zijn lid. Voorts is een aantal zgn. sektarische groepen zoals de Pinksterkerken uit Brazilië en Chili en de Kimbangistenkerk (z Kimbangisme) uit Zaïre bij de raad aangesloten. Kerken moeten daarvoor autonoom zijn en meer dan 10000 leden hebben: kleinere kerken kunnen 'associated' lid zijn. Met de Zevendedagsadventisten worden besprekingen gevoerd.
Niet toegetreden zijn de Zuidelijke Conventie van Baptisten (vs)? de Lutherse Missourisynode (vs) en de Rooms Katholieke Kerk. Drie Afrikaans sprekende hervormde of gereformeerde kerken in Zuid Afrika verlieten in 1961 de raad, de Unie van Baptisten in Nederland in 1963. Het aantal aangesloten kerken was in 1976 gestegen tot 289.
In de aanvang stond de Rooms Katholieke Kerk afwijzend tegenover de Wereldraad, in de overtuiging dat eenheid der kerk slechts te bereiken viel door terugkeer van de afgescheiden broeders tot de ene ware kerk. Het Vaticaan verleende geen toestemrning aan katholieken om deel te nemen aan de eerste assemblee van 1948 en evenmin aan de tweede van 1954. Een grote verandering kwam onder paus Johannes XXIII. die andere kerken en de Wereldraad verzocht waarnemers naar het Tweede Vaticaans Concilie te zenden. De aanvaarding van het decreet over het oecumenisme door het concilie deed het Centrale Comite te Enugu (Nigeria. 1965) na ruggespraak met het secretariaat voor de Eenheid. besluiten aan Rome voor te stellen een gezamenlijke werkgroep op te richten om de beginselen en de praktische problemen in verband met de toekomstige samenwerking te bestuderen. Het voorstel werd door paus Paulus VI aanvaard ( 1965). Voor praktische samenwerking bestaat er het Committee on Society. Development and Peace.
De assemblee van de Wereldraad is sinds de oprichting vijfmaal bijeengekomen. De eerste assemblee van Amsterdam (1948) had als hoofdthema: de wanorde der mensen en het plan Gods. Ten opzichte van de verhouding tussen kerk en maatschappij werd het begrip 'responsible society' gevormd. bedoelend een maatschappij die ruimte voor verantwoordelijkheid ten aanzien van gerechtigheid en openbare orde schept en waarin politieke en economische machthebbers verantwoordelijk zijn voor de wijze waarop zij hun macht uitoefenen jegens God en de volken. De tweede assemblee had in 1954 te Evanston (vs) plaats. Het hoofdthema. 'Christus. de hoop van de wereld'. voerde in sterk christocentrische richting. maar leverde wel controversen op tussen de eschatologisch gerichte Europese theologen en Amerikaanse die de blik richtten op de hoop voor deze wereld.
Te Evanston werd over de responsible society-gedachte gezegd dat deze niet een alternatief sociaal of politiek systeem wil aanwijzen. maar als een criterium moet dienen bij de keuze van kerken en personen in maatschappelijke en politieke vragen. Op deze assemblee werd een aparte afdeling voor raciale en etnische problemen opgericht. De derde assemblee, te New Delhi (1961) kwam in geheel ander klimaat samen. Het hoofdthema, 'Christus het licht der wereld', bleef christocentrisch. maar hier rezen problemen over de invloed van het christendom op niet-christelijke religies. De assemblee was belangrijk wegens de toetreding van de orthodoxe kerken van Rusland. Bulgarije, Polen en Roemenie en wegens uiteindelijke integratie van de Internationale Zendingsraad in de Wereldraad. Voor het eerst had het Vaticaan waarnemers gezonden. Een verklaring over godsdienstvrijheid en proselitisme werd uitgegeven, een Amsterdamse veroordeling van het antisemitisme herhaald. Op de vierde assemblee, te Uppsala (Zweden) in 1968, luidde het hoofdthema: 'Zie, Ik maak alle dingen nieuw'.
De banden met de Rooms-Katholieke Kerk werden versterkt. Een groot bedrag voor voedsel voor Biafra werd beschikbaar gesteld. Verklaringen werden afgelegd ter vermijding van het gebruik van atomaire, biologische en chemische wapens, ter bevestiging van de rechten van de mens: herhaald werd een vroegere oproep tot staking van de bombardementen op Noord-Vietnam. De jeugd kritiseerde scherp het establishment en de langzame vooruitgang van de oecumene. De sectie voor zending besprak vnl. de ontwikkelingshulp: een sectie over liturgie lette op de vervreemding van de moderne mens ten opzichte van de eredienst. De vijfde assemblee te Nairobi in 1975. riep de kerken op tot 'zichtbare eenheid in een geloof en in een eucharistische gemeenschap, die haar uitdrukking vindt in de eredienst en een gemeenschappelijk leven in Christus. . . opdat de wereld gelove'. Het thema luidde: 'Christus bevrijdt en verenigt'.
De conferentie vertoonde een vergrote deelname van vrouwen. Leken en vertegenwoordigers van de Derde Wereld. Ernstige bezwaren werden geuit tegen schendingen van de rechten van de mens in de Sovjet-Unie: kritiek werd geleverd op een vermeend verraad aan het Evangelie door de dialoog met niet-christenen: gewaarschuwd werd tegen syncretisme. Meer nadruk dan vroeger viel op zgn. enthousiaste bewegingen. spiritualisme en evangelisatie. Gepleit werd voor betere relaties tussen mannen en vrouwen en voor meer gelijkgerechtigdheid voor gehandicapten. Ten slotte werd gevraagd om een programma ter bestrijding van het militarisme.
De jaarlijkse vergaderingen van het Centrale Comite zijn belangrijk. omdat dit comite o.a. de bevoegdheid heeft urgente verklaringen af te geven. de secretaris-generaal te benoemen. het beleid vast te stellen en kerken toe te laten. Te Rolle ( 1951 ) werd de verhouding eenheid en zending in een belangrijk rapport neergelegd. Te Davos (1955) werd tot een studie over de taak der kerk in gebieden van snelle maatschappelijke ontwikkeling besloten. Te Canterbury ( 1969) werd een antiracismeprogramma voorgesteld. dat te Addis Abeba ( 197 1 ) verder werd uitgewerkt. In Utrecht (1972) luidde het thema 'verplicht tot gemeenschap' en werd besloten tot concrete acties in het kader van het antiracismeprogramma. Te Geneve ( 1976) nam het Comite enkele resoluties aan over de situatie in Ethiopie, Oeganda, op Cyprus, in Libanon, Zuidelijk Afrika en met betrekking tot Transkei.
De Wereldraad houdt zich voortdurend bezig met vraagstuk ken m et betrekking tot vrede en gerechtigheid in de wereld. Zo zijn op instigatie van de Commissie voor Internationale Zaken vele verklaringen afgelegd over het gebruik van kernwapens en ontwapening, voorts over de rechten van de mens en de godsdienstvrijheid (o.a. opgenomen in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens der Verenigde Naties). Bedreigingen door atomaire. biologische of chemische wapenen zijn veroordeeld en gesignaleerd: geprotesteerd is tegen de oorlogen in Korea en Vietnam en de bezetting van Hongarije en Tsjechoslowakije door Russische troepen. Voorts kwam men o.m. op voor de legitieme rechten van joden en Palestijnen. Belangnjke rapporten van de Commissie waren o.m. Christians and the prevention qf war in an atomic age (1955) en The New International Economic Order and the Churches (1975).
Uitg. van de Wereldraad: The Ecumenical Press Service; The Ecumenical Review: International Review of Mission; Study Encounter; Risk; One World; wcc Exchanye (vanaf 1977); The First Assembly (1949); The first six years (1954); The Evanston report (1955); Evanston to New Delhi (1961}, The New Delhi report (1962); Appell an die Kirchen der Welt (1967; over Geneve); New Delhi to Uppsala (1968); The Uppsala report 1968 (1968); Breaking barriers (1977; over Nairobi). (Rapporten enz. in vijf talen.)
Lit.: W. F. GOLTERMAN, Een Heer, een Kerk (1956); E. Dl'FF S. J., The social thought of the World Council of Churches (1956); Weltkirchenlexikon (1960); M. VILLAIN, Introduction a l'oecumenisme (31961); E. DE VRIES, Man in rapid social change (1961): p ABRECHT, The Churches and rapid social change (1961); W. F. GOLTERMAN, Eenheid in de chaos der kerken (1962); N. KARLSTROM, Okumene in Mission und Kirche (1962E G. THILS, Histoire doctrinale du mouvement oecumenique (21962); R. K. ORCHARD. Witness in six continents (1964); W. A. VISSER 'T HOOFT, Okumenische Bilanz (1966): D. P. GAINES, The World Council of Churches (1966); A. F. CARRILLO DE ALBORNOZ Religious liberty (1967); H. VAN DER LINDE, De oecumene in een planetaire wereld (1967): P. W. THEURER, Die trinitarische Basis des Okumenischen Rates der Kirchen (1967): N. GOODALL, The Ecumenical Movement (21969); H. DORING, Kirchen unterwegs zur Einheit (1969); L. VISCHER, Die eine okumenische Bewegung (1969); H. E. FEY (red.), The Ecumenical advance, A history of the Ecumenical Movement (2 dln., 1970), O. F. NOLDE, The Churches and the Nations (lg70); 1. C. GRooTen C. A. RIJK, Oecumenische orientatie (z.j.); N. IUNG, Bilan de l'oecumenisme contemporain (1971); J. ROBERT NELSON en W. PANNENBERG (red.), No man is alien (1971); H. J. MARGULL/S. J. SAMARTHA, Dia10g mit anderen Religionen (1971); E. LANGE, Die okumenische Utopie oder was bewegt die okumenische Bewegung (1972); N. GOODALL, Ecumenical progress (1972); B. TILL, The churches search for unity ( 1972); W. A. VISSER 'T HOOFT, Heeft de oecumenische beweging toekomst? (1973); W. KUNNETH en P. BEYERHAIJS, Reich Gottes oder Weltgemeinschaft (1975); Uppsala to Nairobi (1975); N. EHRENSTROM en G. GASSMANN, Confessions in dialogue (31975).
Wereldraad van Methodisten
(Eng.: World Methodist Council) is de opvolger van de in 1881 opgerichte Oecumenische Methodisten Conferentie, die om de tien jaar bijeenkwam (z Methodistische Kerken). In 1951 werd te Oxford de huidige organisatie ingevoerd. De raad bestaat thans uit 30c leden. aangewezen door de methodistische kerken: hij belegt om de vijf jaar een conferentie met massale deelname. Er is een dagelijks bestuur van tien leden en twee secretarissen: voorts zijn er commissies voor evangelisatie, geloof en kerkorde, jeugdarbeid, lekenarbeid, opvoeding en onderwijs en voor de uitwisseling van predikers. Van 195l tot 1956 werd een grootscheepse evangelisatiecampagne gehouden. Te Oxford is een instituut voor theologische studies gevestigd ( 1958), De raad is sterk oecumenisch ingesteld en geeft advies bij de vele onderhandelingen voor eenheid met andere kerken.
Sedert 1967 bestaat er een gezamenlijke commissie met de Rooms-Katholieke Kerk. Hoofdkwartieren zijn gevestigd te Lake Junaluska (vs) en Londen: in 1968 is een bureau geopend in het gebouw van de Wereldraad van Kerken te Geneve.
Lit.: H. D. RACK, The future of John Wesley's Methodism (1965).
Westsyrisehe Kerk,
z Jakobieten; Syrische kerken.
Winticultus,
een o.m. in Suriname onder de Creolen voorkomende cultus waarin het geloof in bovennatuurlijke wezens centraal staat. Deze bovennatuurlijke wezens kunnen bezit nemen van een mens en via deze mededelingen doen (bijv. over de toekomst) en ziekten van bovennatuurlijke aard genezen. De cultus, die overigens van streek tot streek variaties vertoont, is ontstaan uit de verschillende religies die de negerslaven indertijd vanuit West-Afrika met zich meebrachten naar Suriname. De Winti-cultus is in zoverre uniek dat zij in tegenstelling tot andere Afroamerikaanse religies nauwelijks christelijke elementen bevat.
Lit: C. J. WOODING, Winti, een Afroamerikaanse godsdienst in Suriname (1973).
Woodbrookers
protestantse beweging die zijn naam ontleent aan het Quakercentrum Woodbrooke bij Birmingham. Na een verblijf aldaar richtte een aantal jonge Nederlandse theologen de beweging op als Vereeniging van Woodbrookers in Holland ( 1908); naar het dorpje Barchem bij Lochem, waar de vereniging haar eerste permanente behuizing vond, spreekt men ook wel van de Barchembeweging. Met name in het protestantse Nederland van de eerste helft van deze eeuw betekende de beweging der Woodbrookers een belangrijke poging om personen van verschillende richting en afkomst samen te binden, om 'rechtzinnigen en vrijzinnigen bijeen te brengen in oprecht verlangen naar God'. Door de beweging worden talrijke langere en kortere cursussen georganiseerd over godsdienstige, culturele en maatschappehjke problemen; daarnaast hebben Woodbrookershuizen ook het algemene vormingswerk met beroeps- en opleidingsgroepen ter hand genomen. Naar gebruik van de *Quakers is de stilte een hoofdbestanddeel van de eredienst der Woodbrookers ('silent meeting'). Het centrum van de beweging is thans gevestigd te Bentveld.
World Alliance of Reformed Churches
z Wereldbond van Hervormde (of Gereformeerde) Kerken.
World Evangelical Fellowship
z Association of Evangelicals.